Kiescampagne van N-VA gestart: strijd tegen vluchtelingen centraal

De verkiezingscampagne voor mei 2019 is begonnen. N-VA positioneert zich daarbij sterk op het thema van migratie. Het niet-bindende en eigenlijk ook heel weinig zeggende Migratiepact van de VN is daarbij een symbooldossier geworden dat voor N-VA desnoods tot de val van de regering kan leiden. Om de kiescampagne van N-VA als ‘oppositie binnen de regering’ kracht bij te zetten, sloot Theo Francken even een asielloket en weigerde hij om de nodige opvangplaatsen te voorzien.

Het Migratiepact van de VN is de belangrijkste struikelblok voor de N-VA. Niet dat de partij op zich een probleem had met de tekst: het kabinet van minister Jambon stemde in oktober nog in met de “actieve promotie” ervan bij andere landen. De inhoud van het pact is bijzonder vaag, zoals wel meer het geval is bij internationale verdragen. Eigenlijk bouwt het slechts voort op wat eerder al in mensenrechtenverdragen is bepaald. Je weet wel: diezelfde mensenrechtenverdragen die N-VA op een bepaald ogenblik ter ondertekening aan vluchtelingen wilde voorleggen.

Het belangrijkste bezwaar dat door N-VA wordt opgeworpen, is dat het VN-verdrag kan gebruikt worden in asielprocedures. Nochtans stelt het niet-bindende verdrag enkel dat “vluchtelingen en migranten gerechtigd zijn op dezelfde universele mensenrechten en fundamentele vrijheden die te allen tijde moeten gerespecteerd, beschermd en ingevuld worden” en nog: “enkel vluchtelingen hebben recht op de specifieke internationale bescherming zoals bepaald door internationale vluchtelingenwetten.” Tegelijk stelt het verdrag dat het “irreguliere migratie” wil bestrijden door internationale samenwerking. Rond detentie en uitwijzing van vluchtelingen worden geen beperkingen opgelegd, er wordt slechts verwezen naar de bestaande mensenrechtenverdragen. Moest er in dit verdrag iets gezeten hebben dat vluchtelingen meer rechten geeft, dan had het helemaal geen kans gemaakt: geen enkele regering is bereid om maatregelen in die richting te nemen. Dit verklaart meteen ook waarom het verdrag lange tijd geen probleem vormde voor N-VA.

Het probleem ontstond pas toen enkele rechtse regeringen het verdrag principieel afwezen omdat er in staat dat migratie “een bron van welvaart, vernieuwing en duurzame ontwikkeling” is en dat de ondertekenende landen een positieve visie op migratie willen stimuleren. Als N-VA de migratiekwestie voluit wil gebruiken in de kiescampagne, dan kan de partij het zich niet veroorloven om niet mee in de boot van Orban (Hongarije) en de rechtse Oostenrijkse regering te stappen. Met het Vlaams Belang is er immers een kaper op de racistische flank. De woordvoerder van Jambon verklaarde de bocht van zijn partij vandaag in de krant: “Uiteindelijk doken er nieuwe elementen in het verhaal op. De symboliek rond Marrakech nam enorm toe, het werd een politieke kwestie. Kabinetsmedewerkers volgen de politiek, ze maken de politiek niet.”

Migratie als een positief verhaal voorstellen, is voor de N-VA vandaag niet mogelijk. Vier jaar geleden was dat nog anders. In 2014 stond in het kiesprogramma: “Voor de N-VA moet migratie een positief verhaal zijn. Maar dan moet de overheid een verstandig beleid voeren en eerlijke, duidelijke keuzes durven maken. Vreemdelingen hebben rechten, maar ze moeten ook op hun plichten worden gewezen. Uitgangspunt is dat wie aan de spelregels voldoet, welkom is.” Ordentelijke migratie voor wie aan de spelregels voldoet in het kader van een positief verhaal, het lijkt wel een samenvatting van het verdrag dat op de VN-top in Marrakech wordt voorgelegd…

Met het bilan van het asociale beleid inzake pensioenen, lonen, koopkracht, … zal de N-VA de komende verkiezingen niet winnen. Die maatregelen voorstellen als ‘noodzakelijk’ om tot hernieuwde groei te komen, zal evenmin pakken: de groei lijkt opnieuw te stokken en het tekort op de begroting is vandaag even groot als bij het aantreden van de regering. Het belang van migratie wordt hierdoor wel erg groot. Een gevecht rond een vaag verdrag heeft bovendien als voordeel dat het in de praktijk weinig gevolgen heeft voor het beleid: het is louter symboliek om Francken en N-VA voor te stellen als ‘harde bestrijders van migratie.’ Niet door oorlog, neokoloniale plundering of oprukkende ongelijkeid te bestrijden (integendeel!), maar wel door vluchtelingen nog harder aan te pakken.

Om die positionering te kunnen innemen, wordt desnoods gedreigd met een regeringscrisis. Premier Michel had zijn nek uitgestoken voor dit akkoord, vanuit de veronderstelling dat de vaagheid ervan niemand voor de borst zou stoten en hij genoot hiervoor de steun van de volledige regering. Het verdrag afwijzen betekent gezichtsverlies voor Michel en een versterking van het beeld dat premier Michel een marionet van De Wever en Francken is. Na de rampzalige resultaten bij de lokale verkiezingen, zou een dergelijk beeld dodelijk zijn in de MR-campagne voor de verkiezingen van mei. De optie van een wisselmeerderheid betekent volgens N-VA-fractieleider De Roover de val van de regering. Of het zo ver komt, valt te betwijfelen: de vorige die een regering liet vallen (Alexander De Croo) werd er niet bepaald voor beloond in de verkiezingen.

Met het lot van vluchtelingen heeft de hele politieke discussie binnen de rechtse regering weinig tot niets te maken. Moesten MR, CD&V en VLD om de vluchtelingen bekommerd zijn, dan hadden ze Francken geen staatssecretaris laten worden. Of dan hadden ze minstens geprotesteerd tegen het tekort aan opvangplaatsen. Als een weinigzeggend internationaal akkoord nodig is om een ‘humanitair imago’ te creëren, dan is het duidelijk dat het vooral om een schaamlapje gaat.

De discussie beperken tot ‘voor- en tegenstanders’ van migratie is uiteraard veel te eng. Dit wordt vooral gedaan om op racistische vooroordelen en een terechte bekommernis rond migratie in te spelen met het oog op electoraal gewin. Het doel is ook om tegenstanders van de ontmenselijking van vluchtelingen te herleiden tot een puur humanitair kader dat het onderliggende beleid niet fundamenteel in vraag stelt.

Feit is dat niemand voor zijn of haar plezier vlucht maar als gevolg van ellende, oorlog, tekorten, klimaatverandering, … die bijna steeds door menselijke activiteiten veroorzaakt zijn. Het falen van het kapitalisme brengt een hoge menselijke tol met zich mee. Er is eenheid van de werkenden en armen nodig in de strijd voor een ander systeem: een socialistische samenleving die de enorme mogelijkheden op vlak van productie, wetenschap en techniek richt op de noden van de volledige bevolking. Wie dan nog naar een ander deel van de wereld trekt, zou dit uit vrijwillige keuze doen.